Mijn hoofd is een jukebox vol verhalen. De afgelopen dagen is het repertoire daarvan flink uitgebreid. Dat krijg je als je als lid van team René Kids Centre in 48 uur non-stop 1.200 kilometer een rondje Nederland rijdt. Voor Cycle for Hope. Sportief gezien een enorme uitdaging. Als Ironman heb ik het een en ander meegemaakt, maar de indrukken die ik met Cycle for Hope heb opgedaan zijn nog groter en dieper. En nog rijker. Want je fietst niet alleen voor de sportieve prestatie, maar je doet het ook nog eens samen en voor drie heel goede doelen: René Kids Centre, Stiching de Ommekeer en vrouwenopvang Ruchama. Dank aan de sponsoren die ons hebben gesteund. Met dank aan familie, vrienden, kennissen hebben we als team ruim 21.000 euro bij elkaar gefietst. Daar zijn we enorm dankbaar voor.
Donderdagavond 30 augustus om 18.35 vertrekken we vanuit Cadier en Keer voor onze monstertocht. Vijf minuten later dan gepland: Maarten Kot moest nog even wat regelen. Dat gebeurde trouwens vaker, maar dat terzijde. De eerste teams zijn inmiddels al voorbij het eerste wisselpunt in Wintelre, 116km verderop. Wij denken namelijk harder te kunnen rijden dan het algemene schema van 25km/u en gaan voor 28 gemiddeld. Vals plat mee met wind in de rug rijden we weg. De teller staat tussen de 35 en 40 km/uur, de avondzon staat op ons bolletje en onze banden zoemen lekker over het Limburgse asfalt. We genieten met volle teugen. Twee lokale renners sluiten aan. Wanneer zij de Maasberg oprijden, volgen wij enthousiast, lustig trappend over de kasseien omhoog. Totdat Peter (Buenk) bovenaan de klim roept dat we fout zitten. Onderaan blijkt een smal paadje te zijn dat ons langs de rivier leidt. Dat was de eerste van vele navigatiemissers. De meeste merken we, dankzij de Garmin, binnen de 100 meter op. De duurste navigatiefout kost ons 40 minuten. Team 2, onder aanvoering van René Ruitenberg, komt er in etappe twee na veertig minuten fietsen achter dat ze op 500 meter van het startpunt zitten. Twintig kilometer foutgereden. En René had al onze etappe als extraatje gereden. Samen met twee lekke banden en tien minuten schuilen in een openstaande schuur in Weert voor een plensbui komen we natuurlijk bij lange na niet aan de 28 gemiddeld. Ook al is het rijdend gemiddelde rond de 33km/u. We’ve got work to do.
Team twee rijdt in etappe 2, na dat stuk foutrijden, constant en hard door en stuurt team drie de donkere, spookachtige want door een serieuze storm geteisterde nacht in. Van Wouwse Plantage naar
Vrouwenpolder. Windkracht 7 tegen, kletterende regen en dat in het holst van de nacht. Wij liggen op één oor in de camper in Vrouwenpolder om team drie af te lossen, maar van slapen komt niet veel. Alsof er een brandslang op de camper staat te spuiten, zo hard regent het. Een reuzenhand schudt de camper heen en weer. We leven mee en bidden voor onze teamgenoten, die af en toe van de fiets moeten om de weg vrij te maken van afgewaaide takken. Met een uur achterstand op ons 28km/u-schema arriveren ze op de camping in Vrouwenpolder. Ze zien er getekend uit. Hulde en diep respect voor de nachtploeg. Later horen we dat er fietsers door de sterke wind de duinen in zijn gewaaid. Dit was een nacht / Die je normaal alleen / In fillums ziet
Gelukkig is het inmiddels gestopt met regenen, maar de wind blaast nog met stormkracht recht in het gezicht. Beschutting is er niet: we rijden over Neeltje Jans, de Brouwersdam en de brug bij Stellendam naar Barendrecht. Bij Neeltje Jans staan de sluizen helemaal open en kolkt het water de Noordzee in. We beuken tegen de stormwind in, maar we komen net aan de 20km/u. We besluiten de meerijdende bus te gebruiken als windbreker op de meest winderige stukken. Vanaf Geervliet draaien we schuin van de wind weg en hebben we iets dat lijkt op normale wind. Rond 10 uur komen we aan in Barendrecht. 400km gefietst, nog 800km te gaan. Met een gemiddelde van bijna 29/u, dankzij een relatief snelle laatste 30km, verliezen we niets op ons schema. En lopen we 40 minuten in op de eerder gestarte teams. Team twee pakt de etappe van Barendrecht naar Zandvoort. De wind staat nog steeds tegen, maar de mannen rijden oerend hard. We volgen ze, tijdens onze verplaatsing naar Westerland (vlakbij de Afsluitdijk) via de livetracker op cycleforhope.nl Het gaat constant tussen de 33 en 36km/u. Aldus pakken we weer tijd terug. Team 3, dat het in de nacht al zo zwaar had, krijgt dan de zware etappe tussen Zandvoort en Westerland voor de kiezen. Hier is het een stuk meer open en de wind staat nog steeds vol tegen. Wim Hoving, die eerder deze week op training is gevallen en gestart is met een zere rug, moet besluiten om af te stappen. Teveel pijn. Met z’n drieën arriveren de mannen om vrijdagavond half zeven in Westerland.
Wij nemen van hen over. We voelen ons, met inmiddels ruim 200km in de benen, gelukkig super. Elke etappe pakken we tijd terug op ons 28/u schema, ondanks de zware omstandigheden en alles wat er onderweg gebeurt. Dat is goed voor de moraal. Wat ook helpt is dat we op de wisselpunten nu ook de andere teams tegenkomen. Mooi om onze ervaringen te delen met die van de andere teams.
De etappe begint met de Afsluitdijk. Ruim 30 kilometer lang wind 5 schuin tegen. Maarten, Peter en ik draaien in toerbeurt 3 minuten op kop. Egbert (Bok) pakt telkens ons wiel, zodat hij met zo min mogelijk energie te verbruiken meekan. We kunnen de snelheid constant tussen de 30 en 31 houden. Het draait super. Aan het eind van de Afsluitdijk zie ik vanaf de Waddenzee een paar donkere wolken hangen die afsteken tegen de fluweelblauwe avondhemel. We voelen een paar spetters, maar regenen gaat het niet. De ondergaande zon projecteert een halve regenboog in de lucht. Adembenemend mooi. Samen met m’n ploeggenoten zuig ik deze ervaring in me op. God laat zich op veel manieren kennen en daar hoort ook de regenboog bij. Niet voor niets is de regenboog de inspiratie voor het Cycle for Hope-tenue. Ik voel me gezegend en helemaal in m’n element.
In Friesland zakt de zon langzaam weg achter de horizon en worden we beschenen door de volle maan. Dag wordt nacht. De wind luwt en Dokkum lonkt. We rijden nog steeds een superstrak tempo: 35/u met een lichte tegenwind. Iets na 10 uur rijden we Dokkum binnen. Het is daar feestweek en de gezelligheid klinkt ons tegemoet. De Kast treedt op en vanuit de verte schallen de klanken van ‘In Nije Dei’ ons tegemoet. Weer een kippenvelmoment. En weer 40 minuten teruggepakt op het tijdschema. We are rolling.
And we keep on rolling. De nachtploegen razen voort over ‘s Heeren wegen. Team twee neemt de etappe tussen Dokkum en Assen te grazen alsof ze een profkoers aan het rijden zijn. Midden in de nacht is het lekker rustig op straat, dus de Martinitoren in Groningen wordt met 40/u gepasseerd. En zo dendert de René Kids Centre-trein door naar Assen. Team drie neemt het stokje over in de etappe naar Lemelerveld. Midden in de nacht is de storm inmiddels geluwt. Er staat bijna geen wind, Nederland is in diepe rust en de Cycle for Hope-fietsers: zij fietsen voort. We pakken in deze twee etappes weer een uur terug op ons 28km/u schema. We halen nu ook teams bij die een paar uur voor ons zijn gestart. De verhalen die we horen zijn legio en soms hilarisch. Zoals het verhaal van het paard. Midden in de nacht, ergens in Drente, rijdt een Cycle for Hoper plots tegen een groot dier aan. Het blijkt een losgebroken paard. De renner en het paard brengen het er zonder noemenswaardig letsel vanaf. Het paard wordt door het team keurig netjes gevangen en terug in de wei gezet.
Om vijf uur zaterdagochtend komt team drie aan in Lemelerveld. Na een heel kort nachtje in de camper ben ik blij dat ik weer kan fietsen. In onze slaapruimte hangt namelijk een vreselijke lucht: het resultaat van hard fietsen, veel eten en een op hol geslapen darmhuishouding. Met diepe teugen adem ik de frisse ochtendlucht in. Vol over de longen. Deze etappe vind ik de mooiste: 120km naar Groesbeek, met daarin de Holterbergseweg, de Postbank en de Emmapiramide en de klim bij de Heilige Landstichting. Goed voor 450 hoogtemeters in het ‘vlakke’ Nederland. Mijn benen zijn supergoed en we kunnen in de praktisch windstille ochtend rond de 35/uur draaien. De meeste teams hebben we inmiddels bijgehaald. Sterker nog, samen met ons is er nog maar één team in de race om het hele rondje in estafettevorm af te leggen. Om niet te laat in Cadier en Keer aan te komen, heeft de organisatie namelijk besloten dat teams die achterlopen op schema te laten starten voordat de voorgaande ploeg op het wisselpunt is. Een wijs besluit. In de laatste kilometer, in een afdaling, zien we weer een team voor ons rijden. We rijden het gat dicht en Peter besluit erop en erover te gaan. Het blijkt het eerste team in koers te zijn. Ze zijn deze etappe ruim drie kwartier eerder gestart en die hebben we dus in één etappe dichtgereden.
Team twee rijdt van Groesbeek naar Kessel, 90km. Wij douchen snel en rijden als de wiedeweerga met de camper achter hen aan naar Kessel: we willen namelijk met ons team de laatste etappe samen met team drie rijden. Goed voor de bonuskilometers. Er is namelijk een prijs voor het team dat het meeste aantal gezamenlijke kilometers rijdt en die willen we.
Om één uur starten we vanuit Kessel met een groep van acht man: vier man van ons team, de drie overgebleven rijders van team drie en René Ruitenberg, die dus na de eerste etappe ook de laatste als extraatje rijdt. Het voornemen is om relaxt te rijden, maar al gauw gaat het tempo naar de 35-40km/u. De zon schijnt, het is bijna 20 graden, er staat bijna geen wind en de finish lonkt. Vlak voor de Cauberg sluiten de mannen van team twee aan, zodat we als compleet team de laatste 10 kilometer, waaronder de Cauberg, kunnen rijden. De begeleiders van team drie moedigen ons op alle mogelijke manieren aan. Op de meest onverwachte momenten duiken ze op en verzinnen telkens weer iets nieuws om ons te motiveren. Zoals het demonstreren van fitnessoefeningen, het op elkaars schouders staan en het tonen van een ‘rondebord’ met daarop de stand van de sponsorinkomsten. ‘Euro 244.000!’ krijgen we door vlak voor de finish. Dat betekent dat er tijdens de rit alleen al bijna een ton aan sponsorgeld is binnengekomen!
Op de Cauberg en later op een klim in Cadier een Keer kunnen een paar gasten het toch niet laten om finale te gaan rijden. Ik sta er weer van te kijken wat het menselijk lichaam wel niet kan.
Het onthaal in Cadier en Keer, bij stichting de Ommekeer, is gigantisch. We worden als helden binnengehaald. Ook de deelnemers van de toertocht die zaterdag is gereden zijn er. Ik besef bij lange na niet wat we allemaal gedaan hebben, laat staan wat de impact is geweest van ons rondje Nederland, maar het overtreft mijn verwachtingen. Dit is een fantastisch evenement dat nu al staat als een huis en alleen maar kan groeien.
Interesse om ook het Cycle for Hope Rondje Nederland te rijden? Kijk voor meer informatie en inschrijven op www.cycleforhope.nl