Een warme gloed stroomt door me heen en het kippenvel staat op mijn armen. Dit moment overtreft al mijn Cycle-for-Hope momenten van de afgelopen twee dagen. Met alle fietsers, verzorgers en supporters zingen we a capella het Onze Vader, gewoon in de buitenlucht op het plein bij De Ommekeer in Cadier en Keer. Voor ik vertel wat we allemaal hebben meegemaakt, hieronder de foto-impressie van Cycle for Hope 2013: 12 etappes van 1200 kilometer in estafettevorm binnen 48 uur voor drie goede doelen: René Kids Centre, De Hoop en Ruchama.
Donderdag 5 september: etappe 1 en 2 – Cadier en Keer – Vessem (114km) en Vessem – Wouwse Plantage (96km).
Het is bloedheet op het grasveldje bij Cadier en Keer. Banden worden opgepompt, tassen verzameld en benen ingesmeerd. Voor we goed en wel zijn begonnen loopt het zweet in straaltjes over mijn rug. Na het maken van onze teamfoto en het vragen van Gods zegen over Cycle for Hope klikken we, als laatste van de 19 teams, om 16.30 in voor de eerste twee etappes. Mijn team (team 2) heeft er namelijk zin in en rijdt,
samen met René Ruitenberg van team 3, met team 1 de eerste etappe. De wind staat mee, de benen zijn fris en de weg lijkt constant naar beneden te lopen. We rijden als een tierelier. Totdat we een navigatiefoutje maken. Via wat klim- en klauterwerk rijden we, via de oprit van een snelweg, weer naar het belendende fietspad waarover de officiële route loopt. Het stukje offroad fietsen dat we daarbij doen levert Wim een lekke band op. Terwijl we die vervangen komt het team dat we net hebben ingehaald weer langs.
Tegen het vallen van de avond komen we aan in Vessem. 114 kilometer gereden, nog 96 te gaan. We nemen even de tijd om ons klaar te maken voor de avondetappe. Lichten checken, bidons vullen, even opfrissen en dan door naar Wouwse plantage. In het eerste deel zit een paar lange stukken door donkere
Brabantse bossen met kuilen en gaten en overstekende konijnen. We stuiteren de bossen door, wachtend op wegen die wel lekker lopen. Via de telefoon houd ik contact met Dick en Johan die ons in een grote Prominent-bus volgen. Dat volgen mag je trouwens heel letterlijk nemen. Via de telefoon houden we contact en melden we waar we zijn: Hilvarenbeek, Goirle, Alphen, Chaam, Rijsbergen, Rucphen en Nispen. Onze kruissnelheid is tussen de 35 en 40/u en drie keer achter elkaar arriveren de mannen in een doorkomstplaats terwijl wij er net doorheen geknald zijn. Ik geniet met volle teugen. Brabant is mooi en Guus Meeuwis klinkt door mijn hoofd. In Nispen lukt het dan toch om elkaar te zien, net op tijd voor de finish van etappe 2 in Wouwse Plantage. Het is net voor middernacht en de eerste 210 kilometer zitten erop. Terwijl team 3 en team 1 naar respectievelijk Kamperland en Dordrecht rijden, kunnen wij onze rust pakken in de camper. Erg prettig is dat we maar een korte verplaatsing hebben. 37 Kilometer om precies te zijn. Om 1 uur liggen we op bed. Johan en Dick een dik uur later, want zij zijn een uur aan het zoeken naar het De Hoop-dorp in Dordrecht.
Vrijdag 6 september: etappe 5 – Dordrecht – Noordwijkerhout (101km)
Volgens ons schema zouden we hier om half negen vertrekken, maar het is net licht geworden wanneer we in Dordrecht opstappen. De nachtploeg heeft knalstrak gereden en we lopen inmiddels twee uur voor op schema. Dat betekent dat we middenin de ochtendspits door Dordt-centrum en Rotterdam-centrum rijden. Ik geniet van de passage over Erasmusbrug waar we zon het water roodgoud kleurt. Als Barendrechter beschouw ik Rotterdam toch als mijn stad. Ech wel.
Mijn benen zijn goed, de wind staat nog steeds mee en de uitzichten langs de Rotte zijn grandioos. Via Zoetermeer rijden we Den Haag binnen en vervolgens, dwars door het drukke centrum, naar het Binnenhof. Lodewijk Asscher wordt geïnterviewd wanneer wij het regeringsplein oprijden. We nemen daar de tijd om bij te praten met Anton van Houdt die samen met zijn team verantwoordelijk is voor de organisatie.
Bij het uitrijden van Den Haag raken we de route kwijt: het fietspad is opgebroken en de navigatie heeft geen idee waar we heen moeten. Wij wel: via Wassenaar de duinen in en dan op naar Noordwijkerhout. Het is inmiddels een uur of elf en dagjesmensen wandelen naar het strand om te genieten van een van de laatste zomerse dagen van 2013. De zeewind blaast in de rug, meeuwen scheren over en de zon schijnt er lekker op los. Ik mijmer over een bestaan als Professioneel Goede Doelen-fietser: hier kan ik geen genoeg van krijgen. In Noordwijkerhout horen we dat alle teams voorlopen op schema, maar dat team ING nog achter ons ligt. Vanwege een prachtige reden: ze hebben geassisteerd bij een pechgeval. Dienend fietsen noem ik dat, helemaal in de geest van Cycle for Hope. Ook bijzonder is dat Team BIS, bij doorkomst van hun kantoor in Ridderkerk, worden begroet door ruim vijftig collega’s. Met vuurwerk, om zes uur ‘s ochtends. Ook zij liggen inmiddels twee uur voor op schema, dus dat was een vroegertje voor de BIS-sers. Het tekent de betrokkenheid bij de teams. In Noordwijkerhout geven we het stokje door aan team 3, dat fietst naar Julianadorp. Team 1 pakt de etappe van Julianadorp naar Sumar. Verwachte aankomsttijd: 20.12…
Vrijdag 6 september: etappe 8 – Sumar – Assen (91km)
… en dat wordt dus 17.40. Terwijl ik heel graag langer in Sumar had gebleven. Nooit van gehoord, maar een klapper van jewelste qua Nederlands vakantiedorp. Hollandser dan dit kan het niet: groene weilanden met bontzwarte koeien, smalle weggetjes waar onze camper maar nauwelijks op past, en een groot,
spiegelvlak meer waar ik heel graag in had willen zwemmen. Het dorp van Hielke en Sietse Klinkhamer: je ziet de Kameleon al varen als je aan de rand van het meer staat. Dat zwemmen gaat dus niet door, want team 3 en team 1 zijn in vliegende vaart door Noord-Holland en over de Afsluitdijk geknald. Na onze verplaatsing van meer dan 200 kilometer hebben we maar een dik uur de tijd, net voldoende om even te eten en ons klaar te maken voor de etappe naar Assen. Grote verrassing is dat ik mijn vriend Erwin Hout hier tegen kom. Hij heeft een bijzonder levensverhaal: op 19-jarige leeftijd brak hij zijn nek, pakte vervolgens zijn studie op, is gaan werken voor BIS, is getrouwd en vader geworden van drie mooie dochters. Nederland Zingt maakte een portret van het levensverhaal van Erwin en zijn vrouw Marleen.
Vlak voor ons starten vier teams. Cycle for Hope is geen wedstrijd, want ieder mag op zijn eigen tempo de 1200 kilometer rijden. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat wij stiekem toch bijhouden hoe we vorderen in het veld en dat ik het leuk vind om groepjes bij te halen. Mijn benen voelen met de etappe beter en met de wind schuin in de rug rijden we door het hoge noorden, terwijl we team voor team inhalen. Tot we in de verte de slagbomen van een sluis naar beneden zien gaan. Alles smelt weer samen met met vijf teams in ons zog vervolgen we de weg naar Groningen. Team Rouveen sluit bij ons aan en rijdt vervolgens van ons weg. Niet iedereen van ons voelt zich even fit en we besluiten de mannen in het groen, goed voor 45.000 euro sponsoring (!), te laten rijden. Tot zij een navigatiefoutje maken en we weer bij elkaar komen. Gezamenlijk fietsen we naar Groningen. Bij het binnenrijden van de stad passeren we een Esso. ‘Tankstation!’ roept er eentje, waarop het hele team spontaan in de remmen knijpt. Iemand komt nog even naast me rijden en om toelichting te geven. ‘Eentje van ons is aan de dunne, dus als we een tankstation zien…’ Meer uitleg heb ik niet nodig en ik wens zijn teamgenoot beterschap.
Inmiddels is het vrijdagavond half acht. We rijden dwars door Groningen-centrum. Dat ziet er heel gezellig uitziet. Het is dat we met Cycle for Hope bezig zijn, want anders had ik op een terrasje aangeschoven, zo aanlokkelijk ziet het uitgaansleven er hier uit. We ronden de Martinitoren en zien het (enige: welke dames volgen?) damesteam voor ons uit rijden. Zij zijn even het spoor bijster en worden door onze meester-navigator Maarten weer op de goede route gezet. Samen met de dames rijden we Groningen uit, een bui tegemoet. Die begint in de buitenwijken te druppelen. Ik kijk naar links en zie een regenboog aan de hemel staan. Vorig jaar zagen we die op de Afsluitdijk, nu in Groningen: Gods jaarlijkse knipoog aan Cycle for Hope.
Na Groningen lopen we een groep van nog eens vier teams in. We besluiten om het laatste uur en groupe af te leggen. Net voor de finish rijdt een van de dames lek. Maarten en Egbert verlenen assistentie; ik rijd met de rest van de groep door naar Assen. Daar blijkt dat Egbert de tracker bij zich heeft, waarmee we live op internet te volgen zijn. Niet slim, maar binnen een paar minuten duikt hij op: de band is snel geplakt en met Maarten als locomotief komt Egbert net na ons binnen. Team drie mag de nachtetappe doen, van Assen naar Lemelerveld en team 1 de langste en zwaarste, van Lemelerveld naar Groesbeek: 120 kilometer en een klimmetje of 10.
Zaterdag 7 september: etappe 10 en 11 – Groesbeek-Panningen (81km) en Panningen-Cadier en Keer (92km)
We lopen inmiddels uren voor op schema. Vorig jaar hadden we 700 kilometer windkracht 7 tegen, nu 800 kilometer windkracht 4 mee. We besluiten pas te gaan rijden wanneer het licht wordt. Tijd genoeg. Bij de eerste trap, om half zeven zaterdagochtend, voel ik direct dat mijn benen goed zijn. Ik ga op kop zitten en pak een paar lange blokken tegen Ironman-tempo. Ideaal als voorbereiding op de hele triathlon van Almere waar ik volgende week zaterdag hoop te starten. Terwijl Nederland langzaam wakker wordt en de zon probeert door de laaghangende mist heen te prikken halen we weer een paar teams in. Om half tien komen we aan in Panningen. Daar worden de teams, op volgorde van binnenkomst, een voor een weggestuurd voor de laatste etappe. Als vierde mogen wij vertrekken. We doen dat met negen man: vier man van team drie, drie man van ons team en drie man van team een. René neemt de kop en laat zien dat hij op tijd thuis wil zijn. Hij moet vanavond nog ergens spreken. De rest zit er strak achter en we rammen door Limburg. De Prominent-auto rijdt achter ons, met knipperende lichten en we maken tempo. Dit is fietsen zoals het bedoeld is: met een mooie groep strak in het wiel snelheid maken. Ik pak weer een paar lange beurten op Almere-tempo pakken en verbaas me over de benen die ik heb.
Bij de finish worden we als helden binnengehaald. Iedereen die mij en Cycle for Hope heeft gesteund: heel veel dank!Cycle for Hope 2013 zit er qua evenement op, maar de impact gaat veel verder dan alleen fietsen en gelden binnenhalen. Sporten is leuk, financiële middelen zijn mooi, maar dat is in mijn ogen niet het belangrijkst. Cycle for Hope verbindt mensen, legt nieuwe relaties en verdiept bestaande. Ik heb bijzondere gesprekken gehad. Met mijn ploeggenoten, met andere Cycle for Hope-deelnemers, met onze begeleiders en met de organisatoren. Gesprekken waarin we ons geestelijk aan elkaar mochten verbinden. Daarom raakt het Onze Vader dat we zongen na de finish mij, omdat ik daarin Gods liefde voor Hem en voor elkaar voel.We’re better together
Johannes 17:21-23: 21 Laat hen allen één zijn, Vader. Zoals u in mij bent en ik in u, laat hen zo ook in ons zijn, opdat de wereld gelooft dat u mij hebt gezonden. 22 Ik heb hen laten delen in de grootheid die u mij gegeven hebt, opdat zij één zijn zoals wij: 23 ik in hen en u in mij. Dan zullen zij volkomen één zijn en zal de wereld begrijpen dat u mij hebt gezonden, en dat u hen liefhad zoals u mij liefhad.